Initiatiefwet afschaffen tijdelijke huur
16 mei 2023 
3 min. leestijd

Initiatiefwet afschaffen tijdelijke huur

Stel, je bent opzoek naar een huurwoning. Particulier, want je komt niet in aanmerking voor een sociale huurwoning. Je hebt een huurwoning kunnen vinden, maar de verhuurder wil de overeenkomst alleen aangaan voor een bepaalde tijd van twee jaar. Momenteel ligt er een wetsvoorstel om deze manier van verhuur (weer) aan banden te leggen. 

 

Huidige wetgeving 

In 2016 is de Wet doorstroming huurmarkt 2015 in werking getreden. Hieronder werd ook de Wet tijdelijke huurcontracten geïntroduceerd. In deze wet is rekening gehouden met twee vormen van woonruimtes: 

  • Zelfstandige woning: hieronder vallen eengezinswoningen, zoals vrijstaande woningen, hoekwoningen en tussenwoningen, appartementen, portiekwoningen, maisonnettes en galerijflats.  
  • Onzelfstandige woningen: dit zijn te huren kamers binnen een groter geheel. Dat kunnen kamers in studentenhuizen of hospitakamers zijn. 

Voor een zelfstandige woning geldt dat deze maximaal twee jaar gehuurd mag worden, indien huurder en verhuurder een tijdelijk huurcontract afspreken. Voor de onzelfstandige woningen is dit termijn vijf jaar. De verhuurder mag de huur niet tussentijds stopzetten. Een huurder mag dat wel. De aanzegtermijn geldt wel voor de verhuurder: de verhuurder moet één tot drie maanden voor de einddatum van het huurcontract hebben aangezegd. Zo heeft de huurder een redelijk termijn om iets nieuws te zoeken.  

Een tijdelijk huurcontract is te verlengen. Het doet er niet toe of het eerdere contract korter of precies twee of vijf jaar was. Wel is het zo dat de tijdelijke aard van het huurcontract dan verandert naar onbepaald. Dit leidt tot volledige huurdersbescherming voor de huurder van de woning.  

Het doel van de Wet tijdelijke huurcontracten was aanvankelijk om meer particuliere huurwoningen op de markt te brengen. Potentiële verhuurders zouden makkelijker een leegstaand pand in de verhuur kunnen doen, nu dat het makkelijker was om de huurder er weer uit te kunnen krijgen. Nu, zeven jaar later, is deze verwachting niet uitgekomen. De wet leidt tot stress en onzekerheid onder huurders. Het gaat zijn doel voorbij: er zijn maar weinig nieuwe huurwoningen bij gekomen. De krapte op de woningenmarkt blijft aanwezig en de leefbaarheid in sommige buurten verslechtert. 

 

Wat is nu het plan? 

Op 11 mei 2023 is de Tweede Kamer in debat gegaan over een initiatiefwet, gedaan door Henk Nijboer (PvdA) en Pieter Grinwis (ChristenUnie). Zij willen de tijdelijke huurcontracten voor zelfstandige woonruimten afschaffen. De leden van de Tweede Kamer noemen de huurcontracten voor zelfstandige woonruimte ‘wegwerpcontracten’ en leveren aan dat huurders nu iedere twee jaar moeten verhuizen wat stress, onzekerheid en hoge kosten met zich meebrengt 

Tijdens het debat bleven coalitiepartijen VVD en CDA hameren op uitzonderingen. Zij willen met de wijziging voorkomen dat woningen onnodig leeg blijven staan. Ze zijn bang dat eigenaren (potentiële verhuurders) de woningen niet meer willen verhuren als een tijdelijk contract, zonder huurdersbescherming, niet meer mogelijk is. Eigenaren die binnenkort hun woning zouden gaan verkopen, maar nu verhuren, zouden dus nog wel gebruik moeten kunnen maken van de tijdelijke huurcontracten.  

Na een hoogopgelopen discussie heeft het CDA uiteindelijk de steun voor het voorstel van de VVD ingetrokken. Initiatiefnemers Nijboer en Grinwis onderstreepten nogmaals hun zorgen dat de kern van het wetsvoorstel te veel zou worden aangetast: huurbescherming verbeteren. De uitzondering van eigenaren die alleen de huur op mogen zeggen als de woning aan naaste familie verhuurd wordt of als zij na een verblijf in het buitenland weer in eigen woning willen, blijft. Het CDA diende nog een uitzondering in: in situaties waar stellen met ieder een eigen koopwoning samen gaan wonen, mag de lege woning wel onder een tijdelijk contract worden verhuurd. Het is immers belangrijk eerst te kijken of het samenwonen bevalt.  

Vandaag zal de Tweede Kamer zich buigen over de initiatiefwet van PvdA en ChristenUnie, waarbij de verwachting is dat de Tweede Kamer instemt met het voorstel. 

 

Tijdelijke kamerhuur 

De initiatiefwet is van toepassing op zelfstandige woonruimtes. Als het aan de Tweede Kamer ligt, wordt dit ook doorgevoerd voor onzelfstandige woonruimtes, zoals studentenkamers. De partijen willen hiermee meer zekerheid creëren voor kamerhuurders. Ook menen zij dat door het minder verhuizen, de leefbaarheid in de wijken zal verbeteren. Volgens Faissal Boulakjar (D66) durven studenten momenteel niet te klagen over slecht onderhouden woningen uit angst voor het niet verlengen van hun huurcontract. 

Mocht de Tweede Kamer instemmen met de initiatiefwet en de wet inclusief uitbreiding naar zelfstandige woonruimtes door de Eerste Kamer worden aangenomen, betekent dit dat studenten na hun studie in hun kamer kunnen blijven wonen. Wel zijn campuscontracten, waarbij studenten jaarlijks moeten kunnen aantonen dat zij nog bezig zijn met hun studie of promotieonderzoek, uitgesloten van het plan. 

 

Heb je een vraag over wat dit voor jou kan betekenen? Neem dan contact op met onze juristen.  

Over de schrijver